Tekort ceftriaxon


De eerste keuze behandeling voor een infectie met gonorroe is intramusculair ceftriaxon 500 mg eenmalig (NHG standaard, SOA MDR en LCI-richtlijn Gonorroe). Er zijn echter bekende tekorten bij twee van de drie leveranciers, waardoor levering van ceftriaxon 500, 1000 of 2000 mg via sommige groothandels niet mogelijk is. De Koninklijke Nederlandse Maatschappij ter bevordering der Pharmacie (KNMP) verwacht dat de leveringsproblemen vanaf week 36 (begin september) voor in elk geval een van deze leveranciers weer opgelost zijn. Omdat de richtlijnen niet voorzien in alternatieven bij een tekort aan ceftriaxon, zijn deze hieronder aangegeven. Indien ceftriaxon 500 mg niet leverbaar is, zijn dit de alternatieven voor eenmalige therapie:

  1. Ceftriaxon 1000 mg i.m.: geheel toedienen, in verband met kans op onderdosering bij handmatige halvering.
  2. Ceftriaxon 2000 mg i.m.: halve dosis toedienen.
  3. Cefotaxim 1000 mg i.m.: cefotaxim is gedurende enkele jaren (rond 2008) ook eerstekeuzebehandeling geweest voor gonorroe-infecties. In Nederland is ooit eenmaal therapiefalen beschreven (Van Dam 2014), maar stammen die cefotaximresistent zijn, worden de laatste jaren vrijwel niet meer gezien.
  4. Indien bovenstaande alternatieven geen opties zijn,neem dan een kweek af en behandel op geleide van het antibiogram. Benadruk dat de patiënt in afwachting van de behandeling en tot een week erna geen seksueel contact mag hebben (conform algemene adviezen SOA MDR). Behandel bij gevoeligheid met een van deze middelen (NHG standaard, SOA MDR): a. ciprofloxacine eenmalig 500 mg oraal; b. of eventueel amoxicilline eenmalig 3000 mg oraal (off-label).
  5. Laatste keus (bij ontbreken resistentiepatroon van de stam) is azitromycine, 2000 mg p.o., eenmalig (vier tabletten van 500 mg). Na deze therapie is controle middels NAAT twee weken na behandeling geïndiceerd (SOA MDR).

Faryngeale gonorroe
Gonorroe draagt gemakkelijk genito-oraal en genito-vaginaal over. Zeker bij orale expositie (o.a. ‘pijpen’) en een hoger-risico- netwerk (sekswerk, MSM) is het van belang om te testen middels faryngeale swab. Geïsoleerde keelinfecties, zonder positieve test genitaal, komen regelmatig voor (ook zonder orale expositie) en kunnen een bron van overdracht zijn.
 De behandeling bij klinisch verdachte of bewezen faryngeale gonorroe is ceftriaxon 1000 mg i.m.,
eenmalig. Indien de patiënt reeds behandeld is met ceftriaxon 500 mg i.m., dan is nieuwe behandeling niet noodzakelijk als er geen klachten zijn. Overweeg controle en adviseer bij klachten retour te komen.
 Indien ceftriaxon niet leverbaar is, dan is 1000 mg cefotaxim i.m. het alternatief. Controle drie weken na behandeling (NAAT’s op keelmonsters blijven ook na succesvolle behandeling langer positief) is bij deze behandeling wel aangeraden.